Uitlokken van conflicten – Ludodidactiek – Bovenbouw
Bij ludodidactiek zijn de volgende punten belangrijk voor de motivatie van leerlingen: interactie, competitief, relatie, autonomie en gedrag. Ik heb samen met Kim Ursem een handleiding gemaakt over het uitlokken van conflicten bij kinderen. Hier komen interactie, competitief, relatie en voornamelijk gedrag in terug. Onze onderzoeksvraag was toen:
Hoe reageren kinderen op situaties die een conflict uitlokken en hoe wordt dit conflict opgelost?
Deze didactiek sluit heel erg aan bij dit onderzoek. De mechanics, dynamics en Aestetics komen in dit onderzoek duidelijk terug.
Symbaloo lesplan – Recyclen – Middenbouw en Bovenbouw
Door middel van de theorie van Mayer en het platform van Symbaloo lesplan is het mogelijk om kinderen met een activerende werkvorm zelfstandig aan het werk te zetten waarbij ze ook de gestelde lesdoelen zelf kunnen bereiken. Je kunt als leerkracht lesplannen maken en delen met elkaar, maar hoe leuk zou het zijn als kinderen zelf een lesplan maken!
De koppeling met de theorie van Mayer en het Symbaloo lesplan staat hieronder beschreven:
Representatie – Gebruik zoveel woorden als afbeeldingen. De les is gemaakt met symbaloo, daarin heb ik bij elke vraag een afbeelding of video geplaatst. Contiguïteit – Presenteer de woorden en afbeeldingen gelijkertijd In de video’s worden afbeeldingen/frames achter afgespeeld in combinatie met gesproken tekst en een achtergrond stem geeft verdere informatie. Modaliteit – woorden liever auditief dan geschreven tekst. De informatie wordt auditief aangereikt en wordt visueel ondersteund Redundantie – gesproken tekst behoeft geen geschreven tekst meer Na een video zijn er alleen vragen en geen extra informatie.
De volgende lesdoelen worden bereikt tijdens deze les:
kerndoel 50: De leerlingen leren omgaan met kaart en atlas, beheersen de basistopografie van Nederland, Europa en de rest van de wereld en ontwikkelen een eigentijds geografisch wereldbeeld.
De kinderen kennen/weten na afloop van de les: Weten waar Londen ligt Weten welke bezienswaardigheden er allemaal zijn in Londen De kinderen kunnen na afloop van de les: Kunnen werken met kaarten Kunnen het Verenigd koninkrijk op verschillende manieren beoordelen en opzoeken in een atlas Visualiseren, analyseren en (interpreteren)
Ludodidactiek is een bijzondere vorm van het ontwerpen van leerprocessen waarbij gebruik wordt gemaakt van ontwerpprincipes en -methoden die ten grondslag liggen aan het ontwerpen van games. Het doel is de motivatie van de leerlingen en de retentiewaarde van de leerstof vast te houden en te vergroten.
“Play is the highest form of research” Albert Einstein
Leerlingen leren veel meer door er een spel van te maken. Bijvoorbeeld: propje in de prullenbak gooien (mikken) of op de witte strepen van het zebrapad te lopen (coördinatie van plaatsing voeten).
5 belangrijke punten voor het ontwerpen van een les waarbij je inspeelt op de motivatie van leerlingen zijn:
Interactie
Competitief
Relatie
Autonomie
Gedrag
Mario Kart bijvoorbeeld. Het is eigenlijk een frustrerend spelletje. Je valt in het ravijn, wordt aan de kant gebeukt, rijdt over een banaan heen etc. Het gedrag dat hier wordt uitgelokt is frustratie. Ondanks deze frustratie gaat waarschijnlijk de leerling door met het spel. Er zit namelijk een wedstrijdverband in en je kunt het altijd nog een keer opnieuw proberen. Ook kunnen andere leerlingen meedoen aan het spel en het zorgt voor interactie onderling.
Wat er eigenlijk gebeurd bij Mario Kart is de recoverable loss. Je hebt verloren, omdat de strategie die je had bedacht niet werkte. Doordat je het spel opnieuw kunt gaan spelen, kun je een andere strategie bedenken. Dit is een belangrijk aspect van de autonomie bij kinderen.
Naast dit voorbeeld en de begrippen is er een lesanalysemodel waarbij er kan worden ingespeeld op de motivatie bij leerlingen. In dit model zijn de volgende begrippen erg belangrijk:
Mechanics: Regels, opstellingen, spullen, ruimte
Dynamics: Wat doen de kinderen n.a.v. de mechanics
Aestetics: Hoe ervaren, voelen de kinderen zich?
Hieronder staat het lesanalysemodel en de klasinschaling:
Ik wil dit bericht graag eindigen met de volgende quote:
Websites/Online Tools voor het ontwerpen van een les
Duur van de les wordt aangegeven. Fijn voor het inplannen van je weekrooster.
Lesdoelen worden duidelijk aangegeven.
Klassikaal of zelf aan het werk.
Overzichtelijk
Nadelen:
–
Conclusie:
Als ik kijk naar de 3 tools die nu worden aangeboden in deze bijeenkomst vind ik het belangrijk dat dat de kinderen op een leuke, overzichtelijk en taakgerichte manier kunnen werken. Het moet duidelijk voor de kinderen zijn en niet dat ik als leerkracht de kinderen vaak moet helpen over het gebruik van de website. De online tools vond ik persoonlijk minder passen bij de 21 century skills. De programma’s zijn al voorgeprogrammeerd en de kinderen hoeven alleen de opdracht uit te voeren. De opdrachten hebben wel aspecten van de 21 century skills, maar het kan altijd beter. Persoonlijk vind ik Symbaloo lesplannen het beste passen bij mijn idealen voor een toekomst gerichte les. Ik wil deze online-tool daarom ook gaan inzetten in mijn stagegroep.
Het model van Mayer (cognitieve multimediatheorie)
Het belangrijkste uit dit model vind ik de effectieve multimedia principes. Deze principes zijn bedoeld om het werkgeheugen van de kinderen te minimaliseren en om een les te ontwerpen.
Representatie – Gebruik zoveel woorden als afbeeldingen
Contiguïteit – Presenteer de woorden en afbeeldingen gelijkertijd
Coherentie – Gebruik geen ongerelateerd materiaal
Modaliteit – woorden liever auditief dan geschreven tekst
Redundantie – gesproken tekst behoeft geen geschreven tekst meer
Segmentatie – informatie opdelen in betekenisvolle delen
Het TPACK model
Het belangrijkste uit het TPACK model vind ik de combinatie van didactiek, ICT en vakinhoud bij het ontwerpen van een les. Hoe kun je bij het vak; bewegingsonderwijs, ICT en didactiek ook een bepaalde rol spelen? Hier kun je over nadenken als leerkracht en wat de mogelijkheden zijn.